22.03.2021

Een jongen omarmt vol overgave een olifantenpoot. Een ander streelt voorzichtig een kameel, zijn moeder houdt hem bemoedigend vast. Het is 1952 en de Amsterdamse dierentuin Artis houdt een speciale dag voor blinde kinderen die dieren mogen betasten, knuffelen en ze zelfs om de hals hangen in het geval van slangen. Artis-huisfotograaf Jo Bokma (1913-2008) legde het vast.

       
Dierentuin Artis © Jo Bokma

Deze maand zijn de foto’s weer tevoorschijn gekomen, uit ons depot. Ze zijn netjes verpakt in envelopjes, waarop de maker met kriebelig handschrift de inhoud heeft beschreven. Stuk voor stuk worden ze omgepakt in materiaal waardoor ze niet beschadigd kunnen raken en makkelijk te raadplegen zijn.

Het archief van Jo Bokma is een van de ruim 175 archieven waarover het Nederlands Fotomuseum waakt, als hoeder van ons fotografisch erfgoed. Het ompakken en vervolgens beschrijven van zijn foto’s is onderdeel van een grootschalige actie waarmee we begin dit jaar een start maakten. Dankzij een extra bijdrage van het ministerie van OCW kunnen we de achterstand die we hebben op gebied van conservering, registratie en digitalisering inhalen en de beelden ontsluiten voor het publiek. Van de ruim 5,6 miljoen negatieven, dia’s en afdrukken die in ons depot liggen, is nu nog slechts 13 procent geregistreerd. Dat moet over vijf jaar 95 procent zijn. De digitaliseringsgraad is 4 procent en moet om te beginnen naar 25 procent. Voor deze enorme klus hebben we acht nieuwe collega’s in dienst genomen. Erfgoedprofessionals, onder andere opgeleid aan de Reinwardt Academie, die sinds januari voortvarend aan de slag zijn gegaan.


Ontdekking van schimmel op diaraampje Ata Kandó

Een tweede archief dat we onder handen nemen is dat van Ata Kandó (1913-2017); de fotograaf die in 1956 zo dapper naar de Oostenrijks-Hongaarse grens trok om er vluchtelingen te fotograferen, maar ook modefoto’s maakte en leermeester was van fotografen als Koen Wessing en Ad van Denderen. Betrokkenheid bij mensen op de vlucht en in andere nood typeren haar werk. Haar stijl varieert van realistisch tot dromerig. Het archief van Ata Kandó werd in 1993 aan het museum toevertrouwd. De dia’s werden daarmee uit een warm en vochtig Californisch klimaat gered. Met de tentoonstelling ‘I shall use my time’ brachten we vijf jaar geleden een eerbetoon aan de toen 103-jarige fotograaf.

Op de diaraampjes van een deel van het oeuvre van Ata Kandó blijkt schimmel te zitten, zo ontdekte onze collega tijdens het ompakken. De dia’s zelf zijn gelukkig nog niet aangetast. Ze worden nu stuk voor stuk uit hun raampjes gehaald - weggesleept voor de poorten van de schimmelhel. Om te voorkomen dat schimmel overslaat op andere foto’s bewaren we archieven die nog niet zijn verwerkt in het zogeheten quarantaine-depot. We weten pas zeker hoe alle foto’s in ons beheer eraan toe zijn als ze, zoals nu deze van Ata Kandó en Jo Bokma, zijn onderzocht. Ook daarom is het zo belangrijk dat we nu de achterstanden wegwerken. Als we schimmel ontdekken, wordt dit behandeld volgens een in het museum ontwikkelde methode waarmee enkele jaren geleden alle 42.000 kleurendia’s van Ed van der Elsken zijn gereinigd.


Doosje met dia's Ata Kandó

Op deze manier moeten de komende jaren miljoenen beelden worden uitgezocht, geregistreerd en gedigitaliseerd. Arbeidsintensief werk, maar meer dan de moeite waard. Want alleen op deze manier kunnen ook de generaties die na ons komen genieten van deze visuele verhalen uit de Nederlandse fotografie die er zo toe doen.

Gebouw Las Palmas Statendam 1 (Wilhelminapier), Rotterdam +31 (0)10 203 04 05 info@nederlandsfotomuseum.nl

© 2016 - 2019 Nederlands Fotomuseum. WooCommerce door Redkiwi