Ze slaan me iedere keer weer recht in het gezicht - de beelden die Koen Wessing maakte tijdens de staatsgreep van Pinochet in 1973. Daags nadat hij het nieuws van de coup had gehoord reisde deze betrokken fotograaf naar Chili om daar verslag te leggen. Ik zie de beelden dagelijks in de aan Koen Wessing gewijde tentoonstelling Chili September 1973 en ze grijpen me telkens bij de lurven. Wat kwam hij toch dichtbij de militairen en hun slachtoffers, die bijeen gedreven werden in het Estadio National de Chile. En wat legde hij dat drama dat zich voor zijn ogen voltrok indringend vast. Niemand kan na het zien van deze foto’s gezegd hebben dat ze niet wisten wat er gebeurde.
Fotojournalisten als Koen Wessing zijn hoeders van een open democratie. Zij spannen zich in om daar te zijn waar het nieuws zich afspeelt, in soms extreem gevaarlijke omstandigheden. Om zo ons, het publiek, te laten zien wat er gebeurt in Nederland en de rest van de wereld. Ze geven een eerste schets van de geschiedenis. Dat deed Koen Wessing in de jaren zeventig in Chili en Nicaragua toen het er daar om spande. Dat doen al die talloze fotografen over de hele wereld van nu.
Daar hoort fatsoenlijke waardering bij – ook financieel. Omdat dit in hun belang is, en daarmee in het belang van ons allemaal. En omdat het niet anders zou moeten. Maar in de kunstwereld zijn bezuinigingen de afgelopen jaren afgeschoven op de makers; en in de journalistiek is dat niet anders voor de freelancers. Volgens de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) hanteren kranten online tarieven van 15 tot 20 euro voor foto's. ‘Als media al geen waarde hechten aan fotojournalistiek, wie dan wel?’, aldus de NVJ. Kortom: Fotojournalisten verdienen beter.
Het Nederlands Fotomuseum verklaart zich daarom solidair met de fotografen die sinds begin dit jaar actie voeren voor betere betaling. Ze hebben zelfs een dag hun werk neergelegd, hoe tegennatuurlijk dat voor een nieuwsfotograaf ook is. Wij hebben onze betrokkenheid niet bij woorden gelaten: in de hal van het museum exposeren we uit solidariteit met de fotojournalisten werk van Zilveren-Camerawinnaars, zoals dat beeld van een de jongen die tot zijn enkels in het water door Jakarta waadt uit Cynthia Bolls serie ‘Sinking Cities’; de schaatsers en hun schaduw van Vincent Riemersma; de politicus Hans Wiegel van Vincent Mentzel en de staking van Borinage (1959) van onze collectiefotograaf Dolf Kruger. En natuurlijk hebben we ze voor het exposeren van hun werk betaald volgens de honorariumrichtlijn, die het Nederlands Fotomuseum in 2017 als een van de eersten ondertekende.
Wilt u reageren? Dat kan via blog@nederlandsfotomuseum.nl